De afgelopen maanden heb ik vaker dan goed voor mij is gedacht aan al het negatieve dat mij in mijn leven is overkomen. Het is te veel voor één mensenleven en ik zal het nooit kunnen vergeten. Vaak heb ik er ook aan gedacht dat het beter zou zijn als ik niet verder zou leven. Maar voor wie? Voor wie is mijn dood iets goeds? Ik ben er niet meer en dood is dood dus dood kan altijd nog. Doodgaan is het laatste dat ik ga doen.
Dat er veel mensen blij zouden zijn met mijn overlijden staat buiten kijf. Ik werk niet en dus zijn er veel mensen, ik zal de namen niet noemen, u kent ze, die vinden dat ik daarom dood moet. De reden dat ik er vaak aan denk dat ik dood wil is juist het feit dat ik niet mág werken. Dat ik meerdere boetes en straffen van de gemeente heb gehad voor mijn pogingen om uit hun macht te ontsnappen. Wat zou de opgeleide, de man die mij te pas en te onpas duidelijk maakt dat ik heb gekozen voor een zinloos leven, blij zijn met mijn dood. Met het succes van de gemeente die mij als waardeloze eindelijk ook kosteloos heeft gemaakt. Zelf heb ik echter helemaal niets aan mijn dood. Dood is dood en dood kan altijd nog.
Waar ik echter wel van af moet is het gevoel van minderwaardigheid. Het gevoel niet mee te tellen omdat er voor mij is besloten dat ik niet mee mag tellen. Maar wat heb ik dan nog te verliezen? Ik ben immers niets. Als je het laagste bent kun je niet lager zakken. “Maar Alexsander, als je kist de aarde in gaat dan?” Het zou een grap van de hardwerkende en volgens hemzelf op de arbeidsmarkt geliefde opgeleide kunnen zijn. Snapt de opgeleide dat een hond die zijn eigen baasje kan kiezen nog altijd een hond is?
De haat die ik de afgelopen jaren over mij heen heb gehad doet pijn. Veel pijn. Maar ik heb het overleefd. Heeft u gelezen hoe mij verweten werd dat ik niet wil werken? De man, de opgeleide, denkt mij te vertellen dat ik niet wil werken terwijl een psychiater, psycholoog, psychiatrisch verpleegkundige, twee begeleiders en een ambtenaar er anders over denken. Toch doet het pijn. Maar waarom?
Als ik niet al jaren in bijstand had gezeten had ik de psychiater, psycholoog, psychiatrisch verpleegkundige, twee begeleiders en de ambtenaar nooit ontmoet. De opgeleide met de haat ken ik al jaren. Hij weet van de boetes en straffen en toch geniet hij van mijn pijn. Toch geniet hij er van om mijn pijn nog een stapje erger te maken. Mocht ik een eind aan mijn leven maken zal hij trots zijn. Ik gun hem die trots niet.
Ik denk niet dat de opgeleide zelf gelukkig is. Waarom is het voor hem anders zo erg om te werken? Hoezo werkt hij voor mijn uitkering? Hij werkt voor het gratis personeel van veel bedrijven waar hij zelf zonder enige schaamte inkopen doet, want lekker goedkoop. Dwangarbeiders die hij als slaaf laat werken. Hij weet er van want ik heb hem verteld over mijn dwangarbeid. Maar we moeten iets terugdoen voor onze uitkering vindt hij. Prima, dan doe ik dat. Ik praat met een psychiater, psycholoog, psychiatrisch verpleegkundige, twee begeleiders en een ambtenaar. Allemaal op zijn kosten. Op kosten van de hardwerkende Nederlander.
Mocht ik dan toch denken aan het beëindigen van mijn leven dan denk ik even aan hem. Aan de ellende die hij blijkbaar moet meemaken omdat ik niet werk en besluit ik met een lach en een traan op mijn gezicht verder te gaan. Want als iemand zo hard werkt voor mijn uitkering kan ik het hem niet aandoen om hem dat te ontnemen. Ondertussen houd ik ook nog een psychiater, psycholoog, psychiatrisch verpleegkundige, twee begeleiders en een ambtenaar aan het werk. Ze werken allemaal voor mijn uitkering. Toch is er maar één die mij moet laten weten dat hij daar problemen mee heeft. Misschien is hij zelf niet zo gelukkig.
Ik ga even staan, veeg een traan van mijn gezicht en kijk naar het A4tje dat ik op ooghoogte heb opgehangen van een foto van de cover van een boek van Youp van ’t Hek. “Het leven is wél leuk.” Als ik daar maar vaak genoeg naar kijk ga ik het misschien ooit een keer geloven. “Het leven is wél leuk, het leven is wél leuk, het leven is wél leuk.”
Het leven is wél leuk! Nou ja, even geduld nog.
Alexsander Hesse 2019
Wat het leven wél leuk maakt:
Concept M. Een goed boek.
Escargots. Natuurlijk vanwege de nachtportier.
58 zonder ui. Pizza!
Inhoud.
0 reacties